De toepassingen van radiosterrenkunde

Niet-thermische straling

bb

In de radiosterrenkunde wordt ook gewerkt met straling dat niet wordt gecreëerd door zeer hete objecten. Lijnstraling is hier een voorbeeld van en deze wordy ook niet-thermische straling genoemd. Lijnstraling krijgt zijn naam, doordat de hoeveelheid van de straling in een lijn afneemt naarmate de golflengte kleiner wordt. Thermische straling doet dit in een rare vorm dat een planck kromme heet. Lijnstraling ontstaat wanneer een atoom zeer snel rond een magnetisch veld draait, deze snelheid is bijna vergelijkbaar met dat van de snelheid van het licht en door deze snelheid is het mogelijk voor een elektron om weggeschoten te worden uit zijn normaal vaste positie in een atoom

bb

Ontdekkingen van radiosterrenkunde

bb

Ook werd door het gebruik van radiosterrenkunde een pulsar ontdekt. Dit is een ster dat zeer veel energie uitstoot en daarnaast ook zeer snel om zijn as heen draait. Deze ontdekking werd gedaan toen een signaal werd ontvangen, die na enkele seconden telkens weer werd ontvangen. Ook is er een vergelijkbaar onderzoek naar zwarte gaten dat iets recenter is gedaan naar hoe twee zwarte gaten een zeer gracieuze dans om elkaar heen maakte en langzaam naar elkaar toe bewegen, omdat hun ronddraaiende beweging om elkaar zeer sterke gravitatiegolven creëren in het heelal, dit is waar naar werd gekeken in het onderzoek, omdat zwarte gaten lastig te detecteren zijn. Doordat de zwarte gaten deze gravitatiegolven bleven uitzenden verloren ze langzaam energie, omdat het creëren van deze gravitatiegolven energie kost. In het onderzoek kon gezien worden hoe de zwarte gaten zo snel om elkaar heen begonnen te draaien, totdat ze uiteindelijk te dichtbij elkaar kwamen en een groot zwart gat vormden.

bb

Grote telescopen

bb

Het is vaak zeer lastig om met radiotelescopen te werken, omdat er maar weinig objecten radiogolven kunnen uitzenden. Dit is echter zeer gunstig om grote massieve zwarte gaten in het midden van melkwegstelsels te onderzoeken, omdat deze objecten wel in het gebied van radiogolven straling uitzenden. Voor het detecteren van radiogolven zijn dan ook  gigantische installaties nodig, omdat de golven een zeer grote golflengte hebben. Soms zijn deze installaties eigenlijk zo groot dat ze zeer onpraktisch zijn, omdat je met deze installaties overal naartoe wil kijken, maar het bewegen kan zeer lastig om dat voor elkaar te krijgen. De grootste beweegbare installatie heeft daarom ook maar een diameter van 100 meter, deze staat in Duitsland. Het is ook mogelijk om radiogolven te meten met een niet bewegende installatie alleen is het onmogelijk om te zeggen waar het heen moet kijken van jou, maar deze kunnen vele malen groter worden dan bewegende installaties, omdat ze direct op de grond geplaatst kunnen worden. De grootste op dit moment was klaar in 2016 en staat in China. De diameter van de schotel is 500 meter.

bb